Grote veranderingen roepen
weerstand op. Zo herinner ik mij het moment dat onze ouders ons vertelden dat
ze het huis te koop gingen zetten. Als schoolgaand kind met onze middelbare
school op loopafstand was ik hier niet zo blij mee. Hier had ik mijn hele leven
tot dan toe gewoond! Verdrietig schrapte ik ons huisadres uit mijn agenda om
vervolgens enkele maanden later vol vreugde het adres weer toe te voegen want
verkopen ging op dat moment toch niet lukken, zo bleek.
Een andere verandering waar ik
weinig controle over had, was die van de basisschool naar de middelbare school.
Hoe heb ik niet zitten hopen dat die zomervakantie voor eeuwig zou duren, dat
op geheimzinnige wijze ik na de vakantie weer gewoon terug zou kunnen naar wat
ik kende, zelfs al was ik helemaal niet zo blij met mijn klasgenoten.
Dat ik vervolgens mijn stapelbed
uitrolde en de rest van de vakantie doorbracht in het gips bracht enig
perspectief in de zaak: ineens konden de weken me niet snel genoeg meer gaan.
Veranderingen zien aankomen, is
niet makkelijk.
En toch passen we ons steeds weer
aan, de weerstand weggesnoept door tijd of onvermijdelijkheid.
We worden steeds sneller in het
aanpassen en kunnen steeds rapper schakelen. Konden we voorheen nog redelijk
rekenen op iets van een planning vanuit het ziekenhuis, momenteel zijn we al
blij dat Ilva's lijfje de afgelopen dagen iets van een regelmaat aanhoudt in
het overgeven zodat we er min of meer op tijd bij zijn.
Na de tweeweekse koorts hebben we
echt heerlijke dagen beleefd met een wiefke wier humeur in het beter voelende
lijf niet te stuiten was. De hoge dosis MTX van de afgelopen vrijdag heeft daar
subiet een einde aan gemaakt: hoewel het ondenkbare doel is om haar weerstand
volledig af te breken, is de nare bijwerking van dit specifieke medicijn dat de
slijmvliezen worden aangetast. Gelukkig blijft er aardig wat sondevoeding
binnen, maar het is een nare bedoening: ons wolfje in totale paniek terwijl
haar lijf rebelleert en nu ook de slijmvliezen in haar neus breken. Bloedneuzen
onder controle krijgen tijdens het overgeven is vrijwel niet te doen terwijl ze
trappelend en huilend op schoot zit. Een sonde in het andere neusgat helpt ook
niet bij het dichtknijpen en de dokterstelefoon van het ziekenhuis kan niet
veel meer dan ons melden dat we langs mogen komen als het bloeden niet stopt.
Tsja.
We snappen dat er niet veel aan
te doen is op afstand.
Een preventieven
trombocytentransfusie heeft ook weinig zin want die worden zo snel afgebroken
door een lijf dat je er mogelijk vóór de volgende episode al geen voordeel meer
van hebt. Het helpt ook niet dat Thorben en ik een nare verkoudheid aan het
afweren zijn waardoor ik meer afstand moet houden dan wenselijk is.
Uiteraard verdelen David en ik
toch de schoottijd die ons meiske nodig heeft, net zo lang tot de paniek
bedaard is en het bloeden gestelpt. Dan is hij uiteindelijk degene die nog met
haar op de bank blijft hangen midden in de nacht en grijp ik snel nog een paar
uur slaap voordat Thorben naar school moet.
We worden een uur te laat wakker,
wekker nooit opgemerkt, maken ons in 10 minuten klaar en zijn nog op tijd op
school.
Lang leve de goede
voorbereidingen.
Terwijl ik naar huis fiets, merk
ik weerstand.
Ik ben bang voor wat ik thuis
aantref.
Zijn ze al wakker?
Is ze weer in paniek?
Slapen ze nog?
Is dat goed of juist niet?
Ergens wil ik me omdraaien en
maar gewoon even boodschappen gaan doen.
Toch trap ik steeds sneller om thuis
te komen.
Het is nog stil in huis op twee
stuiterende katten na.
De chaos van de nacht ligt verspreid over de bank.
Ik ruim de zooi op. Daar hoeft ze
niet mee geconfronteerd te worden bij het wakker worden. Liever dat ze kijkt
naar wat ze wel leuk vindt. Natuurlijk hoop ik dat we het ergste nu gehad
hebben van deze kuur; dat we eventjes rust krijgen tot de volgende over een
week.
Ik wil nog niet nadenken over de
volgende kuur.
We kunnen niets met de weerstand
die we daarvoor voelen.
Want het moet.
We moeten breken voor we kunnen
bouwen.
We moeten rekening houden met
narigheid.
Maar dat betekent niet dat we er
op hoeven zitten te wachten.
"Mam, ik wil vanmiddag een
keertje niet naar de opvang,"vertelt Thorben me tijdens het aankleden. Ook
hij heeft behoefte aan pas op de plaats.
Als we niet naar het ziekenhuis
hoeven, dan haal ik hem vanmiddag gewoon op.
Gaan we even een eilandje van
rust bouwen in de donkergrijze oceaan.
Regelen we gewoon lekker ons
eigen zonnetje.
Zonnebrillen op.
Vooral niet te ver kijken.
Gewoon even blij zijn met elkaar.
EDIT
Helaas, helaas, toch rap weer naar het ziekenhuis. Haar slijmvliezen zijn echt finaal aan gort en haar temperatuur bevalt ons ook niet. We zullen even op afstand blij met elkaar moeten zijn.
Gelukkig speelt afstand daarin geen rol.
EDIT
Helaas, helaas, toch rap weer naar het ziekenhuis. Haar slijmvliezen zijn echt finaal aan gort en haar temperatuur bevalt ons ook niet. We zullen even op afstand blij met elkaar moeten zijn.
Gelukkig speelt afstand daarin geen rol.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten